
■ Oproepen
Selecteer Menu > Instellingen > Oproepen en kies daarna een van de volgende
opties:
Doorschakelen — om inkomende oproepen door te schakelen (netwerkdienst).
Het is mogelijk dat u geen oproepen kunt doorschakelen als bepaalde
blokkeringsfuncties zijn ingeschakeld. Zie Oproepen blokkeren in ’Toegangscodes’,
pagina 10.
Opn. met will. toets > Aan — om een inkomende oproep te beantwoorden door
kort op een willekeurige toets te drukken, met uitzondering van de aan/uit-toets,
de cameratoets, de linker en rechter selectietoets en de eindetoets.
Aut. opn. kiezen > Aan — om maximaal tien pogingen te doen om de verbinding
tot stand te brengen na een mislukte oproeppoging.
Stemhelderheid > Actief — om de verstaanbaarheid van spraak te verbeteren,
vooral in lawaaiige omstandigheden.
Snelkeuze > Aan — om namen en telefoonnummers te kiezen die aan de
snelkeuzetoetsen 3 tot en met 9 zijn toegewezen, door de desbetreffende
cijfertoets ingedrukt te houden.
Wachtfunctieopties > Aan — Zie ’Wachtfunctie’, pagina 19
Samenv. na oproep > Aan — om de telefoon na elk gesprek kort de duur en de
kosten van het gesprek te laten weergeven (netwerkdienst).
Identificatie verz. > Ja — om in te stellen dat uw telefoonnummer wordt
bekendgemaakt aan degene die u opbelt (netwerkdienst). Selecteer

36
Netwerkinstelling als u de instelling wilt gebruiken die u bent overeengekomen
met uw serviceprovider.